Achtergrond van de ATEX richtlijn
Om de veiligheid te waarborgen, vaardigen diverse organisaties over de hele wereld richtlijnen, normen en statuten inzake explosieveiligheid uit. Richtlijn 94/9/EG werd in 1994 door de EU aangenomen als de basis voor gestandaardiseerde, regelgeving voor apparatuur en beveiligingssystemen. De nieuwe en momenteel geldende Richtlijn 2014/34/EU werd in 2014 vastgesteld en is sinds april 2016 van kracht. Parallel hieraan bestaat Richtlijn 1999/92/EG, die de minimumvoorschriften vaststelt voor de verbetering van de gezondheidsbescherming en de veiligheid van werknemers die door explosieve omgevingen in gevaar kunnen worden gebracht. Deze dwingende bepalingen staan bekend als ATEX-richtlijnen 114 & 153 (Frans: ATmosphères EXplosives).
Om gevaren te voorkomen, moeten bepaalde maatregelen in een voorgeschreven volgorde worden uitgevoerd. Primaire explosiebeveiliging voorkomt de vorming van een explosieve omgeving. De secundaire explosiebeveiliging voorkomt de ontsteking van een gevaarlijke, explosiegevaarlijke atmosfeer, bijv. door het gebruik van speciale apparatuur en beveiligingssystemen. In het kader hiervan worden verschillende gevaarlijke gebieden - zogenaamde Ex-zones - gedefinieerd voor gassen, dampen en stof die explosiegevaarlijk kunnen zijn. Tertiaire explosiebeveiliging beperkt de impact van een explosie tot een veilig niveau.
Daartoe worden verschillende kenmerken zoals het vlampunt van de gassen, dampen of stof en hun explosiegrenzen in de vergelijking opgenomen.
Industrieel schakelen in explosiegevaarlijke omgevingen
Industrieën waarin explosie gevaarlijke gebieden voorkomen, hebben daarom schakelmateriaal nodig die in staat is te controleren, schakelen en te beveiligen in potentieel explosieve omgevingen. De te schakelen apparatuur zelf kan zich zowel binnen als buiten de gevaarlijke zone bevinden.
Een ATEX-certificering is noodzakelijk voor het gebruik van dergelijke componenten. Siemens biedt in zijn SIRIUS-portfolio een groot aantal componenten aan die gecertificeerd zijn in overeenstemming met de huidige ATEX-richtlijn. Onder andere SIRIUS 3RM1 hybride motorstarters, 3RW5 softstarters voor het afschakelen van bijvoorbeeld Ex-motoren uit het SIMOGEAR portfolio. Met een SIRIUS 3RT2
conventionele magneetschakelaar kan de Ex-beveiliging gerealiseerd worden met behulp van SIRIUS 3RB of - 3RU thermische overbelastingsbeveiliging of via PTC temperatuurelementen in de motor, gekoppeld aan een SIRIUS 3RN2 Thermistor-motorbeveiligingsrelais om te voorkomen dat de motor te heet wordt en er een explosiegevaarlijke situatie kan ontstaat.